column

Onterechte discrepantie bij doorbreking medisch beroepsgeheim

Naar aanleiding van de recente discussie over schendingen van het medisch beroepsgeheim vraagt Kasper Mengelberg van Platformdeelnemer DeVrijePsych zich af waarom de DBC-systematiek weinig beroering wekt.

De Raad van Bestuur van het VU medisch centrum (VUmc) heeft medewerkers van het audiovisueel productiebedrijf Eyeworks gedurende twee weken via vaste camera’s en microfoons op zijn Spoedeisende Hulp bij patiëntencontacten laten meekijken en meeluisteren. Aan patiënten werd pas toestemming voor het maken van opnames gevraagd nadat dit meekijken en meeluisteren al had plaatsgevonden.

Dit impliceert doorbreking van het medisch beroepsgeheim zonder dat de patiënten daar toestemming voor hadden gegeven. Dus is, conform artikel 457 van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO), sprake van verboden- schending van het medisch beroepsgeheim. De omstandigheid dat medewerkers van Eyeworks geheimhouding zouden hebben beloofd doet hieraan niet af. Ook in dat geval was toestemming van de patiënten tot hun meekijken en meeluisteren vereist.

Het nieuwsprogramma Nieuwsuur heeft tot nu toe drie uitzendingen aan deze zaak gewijd. In de eerste twee verdedigen functionarissen van VUmc hun handelwijze. Het valt op dat zij deze steen des aanstoots, het ongeoorloofde meekijken en meeluisteren, ontwijken door te benadrukken dat voor het maken van opnames wel toestemming is gevraagd.
Verwezen wordt naar Nieuwsuur 22 februari 2012 en Nieuwsuur 23 februari 2012.
In Nieuwsuur van 25 februari 2012 (vanaf 8:00), wordt gemeld dat advocaat Peter Plasman namens drie patiënten zowel tegen VUmc als tegen Eyeworks een strafrechtelijke aanklacht zal indienen wegens opzettelijke schending van het beroepsgeheim respectievelijk het daaraan medeplichtig zijn en het heimelijk maken van opnamen.

Hiernaast ligt ook het indienen van klachten bij het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg voor de hand. Alle bezoekers van de Spoedeisende Hulp in de periode van 20 januari tot van 6 februari 2012, meer dan duizend in getal, zouden kunnen klagen wegens schending van het beroepsgeheim, i.c. het ongeoorloofd doen meekijken en meeluisteren door derden bij consulten.

Niet alleen de leden-medici van de Raad van Bestuur lijken als eindverantwoordelijken klachtwaardig te hebben gehandeld. Ook BIG-geregistreerde medewerkers op de werkvloer, dus de hoofden daarvan, de specialisten, de artsen in opleiding voor specialist en de verpleegkundigen, lijken als medeweters hun beroepsgeheim te hebben geschonden voor zover zij patiënten niet direct hebben verteld dat meekijkers en meeluisteraars via apparatuur bij de consulten aanwezig waren.

Het Tuchtcollege kan streng zijn. Onlangs waarschuwde het een (BIG-geregistreerde) psychotherapeut omdat deze zonder toestemming van klager gegevens aan de verwijzende huisarts van klager had doorgegeven, zie LJN YG1457.

Bij dit alles valt op dat deze casus als ook de vermeende schending of doorbreking van het b.roepsgeheim betreffende Prins Friso grote beroering in de media en in de openbare mening hebben veroorzaakt, terwijl dit bij de door de staat verplicht gestelde doorbreking van het beroepsgeheim in het kader van de Diagnose Behandel Combinatie (DBC)-systematiek niet of nauwelijks het geval was en is.

Alle medische specialisten en psychotherapeuten moeten immers conform de regelgeving van de Nederlandse Zorgautoriteit diagnostische gegevens van al hun patiënten, voorzien van een uniek en omkeerbaar pseudoniem, aan de staat doorgeven, en bovendien een diagnostische aanduiding op al hun declaraties vermelden en dus buiten het beroepsgeheim brengen. Zie hiervoor de website van DeVrijePsych.*

Waarschijnlijk wordt deze onterechte discrepantie veroorzaakt doordat media en publiek zich in de eerste twee gevallen een duidelijke voorstelling van de gang van zake hebben kunnen maken, terwijl de doorbreking van het beroepsgeheim in het kader van de DBC-systematiek verhuld blijft achter gecompliceerde ambtelijk-juridische regelgeving en IT-procedures. Maar daarmee niet minder ernstig is. Integendeel.

Kaspar Mengelberg,
DeVrijePsych
26 februari 2012

*
1. DBCs in duizend woorden door Ronald van den Berg, op de openingspagina van DeVrijePsych.
2. Privacy bij de psychiater (2011) door Kaspar Mengelberg, MGv.
3. DBCs nader ontleed (2010) door Ronald van den Berg, MGv.
4. Beroepschrift bij College van Beroep voor het bedrijfsleven (juli 2011) van G.R. van den Berg en K. Mengelberg en daarbij behorend addendum.