De regisseurs achter het Landelijk Schakelpunt (LSP) besloten onlangs – zonder daar publiciteit aan te geven – tot een uitbreiding van het LSP, door ook de ketenzorg op het netwerk aan te sluiten. Dat heeft flinke gevolgen voor de hoeveelheid medische gegevens die toegankelijk worden en zet huisartsen verder onder druk om mee te doen aan het LSP. Dat schrijft oud-huisarts en publicist Wim Jongejan, die het convenant opdook, op huisartsvandaag.nl.
Ondanks flinke aarzeling onder huisartsen en uitblijvende animo onder patiënten om zich aan te sluiten op het LSP, is in november besloten tot een flinke uitbreiding van het aantal zorgverleners dat toegang krijgt tot het Landelijk Schakelpunt, en daarmee een intensivering en uitbreiding van medische persoonsgegevens die via het LSP worden uitgewisseld. Het gaat om de ketenzorg, die vanaf 2016 moet worden aangesloten.
Aantal aangesloten zorgverleners en verzameling medische gegevens uitgebreid
De ketenzorg bestaat uit groepen zorgverleners die chronische ziekten behandelen. Op dit moment vallen daar diabetes, astma, COPD en cardiovasculair risicomanagement onder; aandoeningen die zich kenmerken door meerdere symptomen en door middel van een keten zorgaanbieders multidisciplinair worden behandeld.
Een grote groep zorgverleners, waaronder diëtisten, longfunctieonderzoekers, oogartsen, fysiotherapeuten en cardiologen (zie deze pagina voor een voorbeeldoverzicht van verschillende ketenzorgverleners), houdt zich daarom bezig met deze aandoeningen. Behandelingen in de ketenzorg vereisen zeer specifieke informatie over iemands gezondheid. Bij cardiovasculair risicomanagement moet bijvoorbeeld worden gedacht aan indicaties over de hoogte van het cholestrol, eventuele hartinfarcten, eet- en drinkpatronen en rookverslaving.
Daarmee krijgen met de toevoeging van de ketenzorg niet alleen duizenden zorgverleners extra toegang tot het LSP, maar wordt ook de verzameling medische gegevens die beschikbaar komt voor opvraging via het LSP, flink uitgebreid. Huisartsen(praktijken) wisselen op dit moment enkel een zogeheten professionele samenvatting uit via het LSP. Daar komen met de ketenzorg allerlei nieuwe medische gegevens bij. De vraag is wie tot welke informatie toegang krijgt; er wordt in het convenant niet gesproken van beperkingen of afscherming van gegevens voor bepaalde groepen.
Op termijn moet niet alleen de medische informatie die in het kader van de ketenzorgbehandeling wordt gebruikt beschikbaar komen voor uitwisseling via het LSP. VZVZ, de roerganger achter het LSP en opsteller van het convenant, geeft aan dat in een latere fase ook het persoonlijk gezondheidsdossier uitgewisseld moet kunnen worden, wat inhoudt dat alle door een zorgverlener bewaarde medische gegevens toegankelijk worden via het LSP.
Contractdwang
Een opmerkelijk onderdeel van de overeenkomst is dat aansluiting van ketenzorgverleners als een harde voorwaarde wordt gepresenteerd vanuit zorgverzekeraars. Jongejan haalt in zijn publicatie het convenant aan, waarin wordt gesteld dat
Zorgverzekeraars Nederland zal bevorderen dat de leden/zorgverzekeraars de “oplossing voor informatie-uitwisseling ketenzorg” integraal onderdeel doen uitmaken van de contractering ketenzorg vanaf 2016.
Dit zou betekenen dat zorgaanbieders in de ketenzorg min of meer verplicht worden zich aan te sluiten op het LSP, omdat zorgverzekeraars anders geen contract met ze afsluiten en de zorg die ze bieden derhalve niet wordt vergoed.
Een dergelijke eis was oorspronkelijk ook opgenomen in het contract dat zorgverzekeraars afsloten met huisartsen. In contracten met huisartsen was een bepaling opgenomen dat men een zogeheten inspanningsverplichting had om aan te sluiten op het LSP. Door een kort geding dat VPHuisartsen destijds instelde, werd deze eis uit het contract gehaald.
Deze contractering met ketenzorg bereikt via een omweg hetzelfde doel, licht Jongejan toe aan deze site. Aangezien huisartsen een belangrijke rol spelen in de ketenzorg, lijkt de verplichting voor ketenzorgverleners om zich aan te sluiten op het LSP ook indirect huisartsen te dwingen zich aan te sluiten op het LSP, omdat er anders geen informatie-uitwisseling met de ketenzorg mogelijk is. Huisartsen die aanvankelijk niet op het LSP aangesloten wilden worden, worden met deze maatregel voor het blok gezet. “Leg als huisarts maar eens uit aan patiënten met wie je een jarenlange behandelrelatie hebt, dat je stopt met ketenzorg vanwege je principes. Huisartsen staan hiermee voor een voldongen feit.”
Jongejan merkt in dit kader tevens op dat de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) dit convenant niet ondertekend heeft, hetgeen bij eerdere convenanten wel het geval was.
Weinig ruchtbaarheid
Opvallend is de stilte waarin het convenant is gesloten. Slechts twee ondertekenende organisaties geven op summiere wijze blijk van dit convenant op hun website, en VZVZ meldt op haar site niets over het gesloten convenant. “Dit is erg opvallend gezien de juichtaal die eerst VWS en later VZVZ in haar communicatie bezigde en nog steeds ventileert over het LSP”, stelt Jongejan in zijn bijdrage.
Ook het bijbehorende programma van het convenant geeft de indruk dat de communicatiestrategie van VZVZ niet gericht is op veel publiciteit voor de uitbreiding. Op pagina 18 van het programma valt te lezen:
Voor het ondertekenen van het convenant is het volgende uitgangspunt gekozen: De doelgroepen voor externe communicatie over het ondertekenen van het convenant ketenzorg, zijn primair de convenantpartijen en hun achterban, dus niet pers en publiek. Het bestuur van de VZVZ heeft daarom besloten over de ondertekening van dit convenant geen persbericht uit te geven en de media daarbij niet uit te nodigen. Het is beter daarvoor later een geschikt tijdstip te zoeken. Dat tijdstip is in hoge mate afhankelijk van de resultaten behaald in het programma. Het is beter om met tastbare resultaten in de hand te communiceren, dan met verwachtingen en planningen.
Jongejan beschrijft het in stilte afsluiten van het convenant cynisch als een ‘grote sprong voorwaarts’; een alles-of-niets poging om het voortbestaan van het LSP ondanks grote weerstand onder patiënten en zorgverleners veilig te stellen.
Het stuk van Jongejan valt volledig te lezen op de site van Platformdeelnemer DeVrijePsych.
Klik hier voor het convenant en hier voor het bijbehorende programma.
Afbeelding: Flickr|jfcherry